Onderzoek naar Corona

Vanaf het begin van de coronapandemie besloten verschillende Nederlandse academische ziekenhuizen de krachten te bundelen en samen informatie te gaan verzamelen over nierpatiënten met corona.

Prof. dr. Ron Gansevoort is hoogleraar interne geneeskunde in het UMC Groningen en is een van de initiatiefnemers van dit project. Omdat er nog zo weinig bekend is over het virus, besloten de universitaire ziekenhuizen in Groningen, Nijmegen en Amsterdam te beginnen met structurele dataverzameling. In maart 2020 startten zij met de bouw van de databank die inmiddels door heel Europa wordt gebruikt. De onderzoekers startten met het project op het moment dat er nog geen financiering was. Haast was immers geboden. Gansevoort: “We doen dit onderzoek in Europees verband. Op die manier kunnen we de data bundelen en sneller uitspraken doen die wetenschappelijk betrouwbaar zijn.”

Katja van Geffen is manager Zorg & Innovatie bij de Nierstichting: “Het onderzoek is zeer relevant en daardoor van grote waarde. Het is belangrijk dat de impact van corona in Europees verband wordt onderzocht, maar we zijn er natuurlijk trots op dat Nederland een voortrekkersrol heeft. Dankzij extra giften van onze donateurs kunnen wij dit onderzoek subsidiëren.”

Meer informatie over het ERACODA-onderzoek.

RECOVAC
Met de komst van de coronavaccins krijgen mensen stapje voor stapje hun vrijheid weer terug. Omdat voor nierpatiënten COVID-19 extra gevaarlijk is, is voor deze patiënten een werkzaam en veilig vaccin van groot belang. In de onderzoeken die door de vaccinontwikkelaars zijn uitgevoerd, zijn patiënten met ernstig nierfalen en transplantatiepatiënten die afweeronderdrukkende medicijnen gebruiken, echter bijna niet meegenomen. Binnen RECOVAC wordt dit daarom onderzocht. Het onderzoek wordt mogelijk gemaakt door ZonMw.

In een uitbreiding van RECOVAC – mogelijk gemaakt dankzij de gift van 1,1 miljoen euro van het Piet Poortman Fonds aan de Nierstichting – is een grootschalige antistoffenstudie opgenomen. Met de resultaten van het onderzoek kan de coronavaccinatie van patiënten met ernstig verminderde nierfunctie, in dialyse of met een donornier in de toekomst eventueel worden aangepast voor betere bescherming tegen COVID-19. Het is namelijk onduidelijk of vaccinaties tegen corona even goed werken bij nierpatiënten als bij gezonde mensen. De onderzoekers gaan analyseren of er een verband is tussen de hoeveelheid antistoffen die mensen aanmaken, en de kans dat ze ondanks vaccinatie tóch COVID-19 krijgen. In het algemeen geldt dat hoe meer antistoffen iemand aanmaakt, hoe beter hij beschermd is tegen de infectie. Maar of dit een terechte aanname is, en hoeveel antistoffen iemand minimaal moet hebben om beschermd te zijn, is op dit moment nog niet bekend. Dat vereist dat bij een grote groep patiënten antistoffen gemeten worden.

Het antistoffenonderzoek vindt plaats onder mensen met een ernstig verminderde nierfunctie (minder dan 30%), mensen die dialyseren en mensen die getransplanteerd zijn. Bij hen wordt gemeten hoeveel antistoffen ze maken na vaccinatie. Ook gaan de onderzoekers na welke nierpatiënten ondanks een vaccinatie toch COVID-19 krijgen. En vervolgens analyseren ze of de hoeveelheid antistoffen verband houdt met de kans om COVID-19 te krijgen (na vaccinatie).

Het laatste onderdeel van RECOVAC is de derde-vaccinatie-studie en is een vervolg op de eerste drie studies. Het effect van een derde vaccinatie bij niertransplantatiepatiënten wordt hier onderzocht. Onderzoekers vergelijken verschillende manieren van vaccineren met elkaar: een derde vaccinatie met een mRNA-vaccin (bv. Pfizer of Moderna) en een dubbele dosis van een derde vaccinatie en een ander vaccin (vector-vaccin, zoals Janssen of AstraZeneca). Verder kijken de onderzoekers of het helpt als patiënten tijdelijk stoppen met het anti-afstotingsmedicijn. Dat laatste kan alleen bij transplantatiepatiënten die weinig risico op afstoting hebben.